Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [128]Maar het rijk, en de heerschappij, en de grootheid der koninkrijken [129]onder den gansen hemel, [130]zal gegeven worden den volke der heiligen der hoge [plaatsen], welks Rijk [132]een eeuwig Rijk zijn zal; en [133]alle heerschappijen zullen [134]Hem eren en gehoorzamen. 128. Dat wordt hier gesteld tot troost der godzaligen, om hun indachtig te maken hoe het in de wereld toegaat, dat God altijd voor zijne kerk zorgdraagt, den zijnen eindelijk een zalige uitkomst gevende. Want te spreken van den toestand der monarchieen kon den godzaligen weinig troost aanbrengen, ten ware dat zij ook tegelijk wisten dat God zorg voor hen droeg. Zie Jes.35:3,4. 129. Dat is, in de ganse wereld, nadat het Evangelie allen creaturen zou gepredikt worden, Mark.16:15. 130. Het rijk van Christus, opgericht door de predikatie van het heilige Evangelie, zal den godzaligen gegeven of medegedeeld worden, namelijk als Christus in de harten der godzaligen bij alle natien regeren zal. Dit rijk komt wel eigenlijk Christus toe, maar den gelovigen door genadige mededeling; zie 1 Kor.1:9. 131. Zie boven vs.18. 132. Het zal geen einde hebben, maar het zal eeuwig duren. 133. Dat is, enigen van allerlei heren en heerlijkheden, die Hij daartoe verkiezen zal. Alzo staat er alle voor allerlei; 1 Tim.2:4, en elders meer. 134. Te weten den Heere Christus.